zaterdag 27 september 2008

Vrijetijdsbestedingen

Het is al weer een tijdje geleden dat ik iets geschreven heb, zodus, hier een kleine update. Wat de onrusten betreft: de storm lijkt een beetje geluwd. Een paar dagen geleden kon niemand Santa Cruz in of uit, de campesino's (mensen die op het platteland wonen) hadden alle wegen geblokkeerd. Maar na een paar uur was die situatie ook weer opgelost. De VS hebben vliegtuigen gestuurd naar Santa Cruz en La Paz om alle Amerikanen op te pikken die Bolivia willen verlaten, maar dat lijkt mij allemaal een beetje overdreven. Hier in Sucre is alles rusig. Ik heb van de hele toestand nog niks gemerkt. Hier houdt men zich met andere dingen bezig.
Zo was er twee weken geleden de Intrada van de heilige maagd Guadalupe. Feest in de stad dus. Van 10 uur 's ochtends tot een stuk in de de nacht dansten er groepen in de straten. Wonderlijk om te zien. De dansers dragen de meest fantastische kleren en iedere groep wordt begeleid door een fanfare. Het duurt ongeveer zes uur voordat een groep het hele parcours heeft afgelegd. Kan je je indenken, meisjes op naaldhakken, jongens met ongemakkelijk zittende laarzen. Ik heb mensen gezien die zich letterlijk het bloed in de schoenen hadden gedansd. Maar de dansen op zich waren een spectakel. Je kan de hele bedoening vergelijken met het carnaval in Rio, maar dan op kleinere schaal. Ik heb me zeer goed geamuseerd, die zaterdag.
Maar het leven in Bolivia is niet altijd een feest. Soms kan het behoorlijk saai zijn (school) en daar moet een mens dan iets aan doen. Dus zijn Liv en ik begonnen met salsalessen. Ik had gedacht dat het een fiasco ging worden, aangezien ik nooit ook maar één officiële dans heb geleerd (de lessen L.O. buiten beschouwing gelaten) maar salsa lijkt me in het bloed te zitten. 't Is behoorlijk vermoeiend maar ook ongelooflijk leuk.
Andere plannen zijn om trompet te leren spelen en aan atletiek te gaan doen. De trompet moet nog worden gezocht, maar aan de altletieklessen ben ik deze week begonnen. Ik ben zo stijf als een plank, lopen op een 2400 meter hoogte is geen lachertje, maar ach, ik moet toch iets doen om de voorspelde 14 kilo niet bij te komen, of niet:D
Ik houd me hier dus wel bezig. Vanavond zijn we van plan om de disco eens onveilig te maken. Het zal wel lachen worden.
Ik hoop dat iedereen het goed maakt daar in België. Hier is vorige week de lente begonnen en vandaag is de eerste stralende lentedag. Over twee maanden eindigt de school, en dan kan ik eens beginnen reizen. Ik houd jullie dus zeker op de hoogte van verdere avonturen.

Un beso

La Bolivianita

vrijdag 12 september 2008

Troubles in paradise

Rijkdom gaat verder dan het geld dat in je zakken zit. En armoede is ook nog iets anders dan niets bezitten. Ik leef hier in een rijk gezin. Toch naar de Boliviaanse standaard. Naar de Belgische standaard is dit een gezin als een ander. En toch leer ik hier en vorm van armoede kennen. De armoede die heel dit land in z'n greep houdt. Het is geen gebrek aan geld, maar een gebrek aan visie, aan sterke personen. Bolivia is een ongelooflijk rijk land, bezit grondstoffen en vruchten. Maar het beheer is een puinhoop. Sinds haar ontstaan is dit land van de ene impasse in de andere gesukkeld. Lees er het Genius World Records Book maar op na. 194 staatsgrepen waarvan 23 gelukt. Dit land heeft nooit echte vrede gekend. Men is trots, zowel op z'n Spaanse als op z'n Indiaanse afkomst. En die trots is vaak niet meer als een last, een blokkade om vooruit te geraken. Men is gewoon om te protesteren als er iets niet juist is, men gaat de straten op en neemt openbare instellingen in. Maar een oplossing is steeds veraf.
Dit is wat er momenteel in Santa Cruz gebeurt. Er zijn gevechten, gewonden, zelfs doden. Alles draait om geld dat er wel is en niet goed wordt besteed. Het land is verdeeld, Evo Morales is de grote boeman. Gisteren heeft hij de Amerikaanse ambassadeur er uit geschopt. Misschien gaat het westen zich nu moeien. Het westen, dat deze regionen graag ziet sukkelen, want het haalt er haar voordeel uit.
Gevechten in Santa Cruz, ondertussen ook in Tarija en in het noorden, maar men blijft kalm. De kranten besteden enkel hun voorpagina en twee pagina's achteraan de krant aan het onderwerp. Men is het gewoon hier. Er zijn de laatste jaren zoveel opstootjes, zoveel blokkades, zoveel protesten geweest. Niemand kijkt op, maar vroeg of laat gaat het hier escaleren. De regering blijft maar sukkelen. En er is geen opositie om hen tot de orde te roepen. Tot nu toe is er geen man of vrouw in staat om op te staan en de concurrentie aan te gaan met Evo. Dit land zit in een visueuze cirkel, want het denkt niet op lange termijn. Het inversteert niet in machines, maar exporteert haar ijzer liever maar andere landen, om later de afgewerkte producten aan veel hogere sommen in te kopen. Het bezit gas, mijnen vol kostbare grondstoffen en massa's vruchtbare grond, maar kan niet zonder de hulp van buitenaf.
Bolivia is als een bedelaar die op een berg goud zit.
Wat betekent deze situatie nu voor mij? Wel, mocht het echt escaleren, mochten ook in Sucre gevechten uitbreken en mocht AFS-internationaal het nodig vinden, dan wordt ik gerepatrieerd. Dan moet ik terugkomen. Een andere mogelijkheid is dat ik voor de rest van mijn jaar naar een ander Zuid-Amerikaans land wordt gestuurd. Beide moglijkheden staan me niet aan. Ik heb hier eindelijk mijn draai gevonden, mezelf teruggevonden na twee maanden die niet altijd even makkelijk waren. Ik wil dit niet nog eens meemaken. Maar nog liever dat dan teruggaan. Het idee om ma amper twee maanden m'n leven hier te moeten opgeven is vreselijk. Ik denk dat ik van dit land ben gaan houden, hoezeer ik België soms ook mis.

zondag 7 september 2008

Eens iets anders

Allemaal goed en wel, zo een jaar naar Bolivia. Je komt in een andere wereld terecht, die, vreemd genoeg, erg op de jouwe lijkt, en toch weer helemaal anders is. Je hebt weekdagen die in elkaar verglijden, weekends van vertier, zwarte honden en ciné-katten. Maar wat doet dat nu eigenlijk met een mens, een jaar in het buitenland?
mijn even thuis in België stel ik me voor als een gigantische zeepbel. Ik leefde binnen in die zeepebel. Al mijn herinneringen worden als een film afgespeeld op de wand. Door een jaar naar het buitenland te gaan ben ik uit die zeepbel gestapt. Ik kan de beelden nog steeds zien, maar ik sta nu buiten wat er in mijn wereld, mijn zeepbel gebeurd. Soms kijk ik verlangend naar die zeepbel, soms ben ik bang dat ze zal knappen. Maar ik weet dat ik hier ook langzaamaan een andere bel rond me heen aan het blazen ben, en dat de wanden zich ook snel zullen vullen met beelden.
Ik ben nu anderhalve maand in Bolivia, en het is niet altijd even makkelijk. De eerste maand is alles nog nieuw en zie je iedere dag wel iets anders. Maar na een tijdje is dat nieuwe er af, verdwijnt het vakantiegevoel en dringt de werkelijheid door: ik ga hier een jaar leven. Het missen begint, iets wat wel weer zal minderen, maar van tijd tot tijd toch de kop zal opsteken.
Het doet dus wel wat met een mens, zo'n jaar in het buitenland. Het is vreemd en een beetje beangstigend om compleet alleen te komen staan en een nieuw leven op te bouwen. Maar nog vreemder is misschien wel hoe snel een mens zich aanpast en dat nieuwe leven daadwerkelijk opbouwt.

Iets anders nu. De foto's. Op deze blog krijg ik niets ge-upload, dus heeft mijn Duitse nichtje voor mij een pagina op facebook aangemaakt. Ik ben er warempel in geslaagd om enkele foto's er op te zetten. Iedere foto duurt zo ongeveer een half uur, dus reken maar uit hoe lang ik als een dwaas naar het scherm heb zitten staren in de hoop dat het zou lukken. (Grapje, ik heb natuurlijk nietde hele tijd voor de PC gezeten, ik ben ook twee keer naar het toilet geweest:D) Er staan nu dus een paar foto's op, zodat jullie beeld van mijn wereld hier wat wordt bijgesteld. Met mondjesmaat weliswaar. Maar ik beloof dat, wanneer ik terugkom, ik een gigantische fotoavond geef met bijbehorende uitleg van mij mezelf.

¡Ciao Bélgica!

maandag 1 september 2008

Een weekend in Sucre

De weekends in Bolivia zijn opwindend, schreef ik. Maar dat mag je wel met een korreltje zout nemen. Laat me vertellen wat ik vorig weekend deed. Vrijdagavond belde Liv me op om te vragen of we iets gingen eten. Het arme schaap apprecieert de kookkunsten van haar empleada niet echt en moet dus elders haar honger gaan stillen. We gingen naar café Berlin, dat verbonden is aan het Duitse instituut hier. Tussen haakjes, de Duitsers zijn hier zeer goed vertegenwoordigd. Er zijn twee of drie Duitse scholen, waaronder het Humboldt, de school waar ik naartoe ga. De meeste uitwisselingsstudenten zijn Duits en op tv vind je Duitse kanalen. Ik heb aan Pedro gevraagd waarom net Duitsland zo goed vertegenwoordigd is in Sucre, maar hij had niet echt een idee.
Hoe dan ook, café Berlin is een zeer fijn café. Het is leuk ingericht en ze spelen er jazz. Maar bestel er geen koffie, je drinkt nog beter afwaswater. Liv en ik aten er de specialiteit van het huis, een aardappel gevuld met kaas. Helaas ben ik de Boliviaanse naam kwijt.
Na café Berlin zetten we koers naar de shishabar, Liv haar vaste stek. Het is een geweldige plek. Overal liggen kussens, de muren zijn beschilderd met psychedelische tekeningen en de muziek zit ook wel goed. Ze hebben een heel scala aan smaakjes voor je waterpijp, van cocos tot chocolade.
Liv moest thuis zijn om tien uur. Helaas. Ik was beter gezien. Alina, mijn Duitse nichtje, belde me om te vragen of ik naar het feestje van Alex kwam, een klasgenoot van me die 18 werd. Op naar Calle Bolivar dus. Eerst was er een barbacue en daarna werden stoelen en tafels aan de kant gezet en kon het dansen een aanvang nemen. Tegen een uur of twaalf was er een optreden van Alex' groepje. Niet slecht. De feestjes hier zijn altijd ambiance. Er wordt gedansd van begin tot eind. Er is maar één ding dat minder is. De drank. De jeugd hier drinkt Fernet, een soort sterkedrank waarvan de smaak me niet bevalt. Bovendien mixen ze het meestal met Cola. Helaas. Ik denk dat ik ze eens bier moet leren drinken:D.
Iedere zaterdag eten we 's middags bij de ouders van Mirko. In de namiddag luier ik wat of hang wat rond in de stad. Vorige week ben ik 's avonds met Liv naar de cinema geweest. Step Up, een Amerikaanse dansfilm, het einde was voorspelbaar na de eerste vijf minuten, maar ach, wie maalt daar om. De cinemazaal op zich is ook wel het vermelden waard. Het was er pikkedonker toen we binnenkwamen, hoewel de film nog niet was begonnen. En geen mens te zien. Enkel een kat. Serieus. Het beest kwam tijdens de vertoning de hele tijd bedelen om eten. Zoiets kan alleen maar hier in Bolivia.
De zondagen zijn zoals in België. Nietsdoen dus.
Volgend weekend is er een uitstapje gepland met het klasje. Een van de meisjes stelt haar 'campo' (een soort van buitenverblijf neem ik aan) ter beschikking. Wordt wel leuk denk ik.
Ik zal laten weten hoe het was.

¡Hasta Luego!